Gemeten gemiddelde snelheden wereldwijd
Cable en M-lab deden dit onderzoek en voerden snelheidstests uit over de hele wereld. Hiervoor gebruikten ze snelheidstests die gebruikers zelf uitvoeren in ieder land. In Nederland gebruikten de onderzoekers hiervoor de data van 1,7 miljoen IP-adressen en in België 1,8 miljoen. In totaal bekeken de onderzoeksgroepen zo’n 1,5 miljoen snelheidstests van over de hele wereld. De snelheden die gemeten zijn, waren gebaseerd op wifisnelheid, wat betekent dat de resultaten mogelijk lager uitvielen dan de verbindingen eigenlijk aankunnen. Daarnaast voeren mensen vaak pas een snelheidstest uit als ze vermoeden dat er problemen zijn met hun verbinding of wanneer hun internet ineens sneller is. Hierdoor is het niet duidelijk hoe representatief de cijfers nu echt zijn.
Veranderingen over de afgelopen jaren
Veel landen die redelijk onderaan de lijst staan, stonden altijd al redelijk onderaan. Denk bijvoorbeeld aan Syrië en Turkmenistan. Toch hebben er ook wel een aantal veranderingen plaatsgevonden op het gebied van internetsnelheid in sommige landen. Zo is het Verenigd Koninkrijk bijvoorbeeld gezakt op de lijst ten opzichte van andere landen in West-Europa. De onderzoekers wijden dit aan de relatieve snelheid waarmee Full Fibre in het Verenigd Koninkrijk wordt uitgerold. Men is hier druk mee bezig in Engeland, maar het lijkt niet zo snel vooruit te gaan als in andere Europese landen. Ten slotte geven de onderzoekers aan dat er ook steeds vaker mensen zijn die bewust voor een abonnement met lagere snelheden kiezen in sommige landen, met name vanwege de hoge kosten. Dit kan natuurlijk ook iets doen met de resultaten!
Conclusie
Het ziet er dus naar uit dat Nederland het wereldwijd goed doet op het gebied van internetsnelheid. In de afgelopen jaren is er in ons land ook ineens veel tijd en geld gestoken in het aanleggen van glasvezelnetwerken. Hierdoor hebben we in grote delen van ons land al toegang tot sneller en stabieler internet. De verwachting is dat het gemiddelde in ons land dus alleen maar hoger gaat worden de komende jaren 😉
Datacenters in de ruimte, is dat haalbaar?
De Europese Unie gaf 2,1 miljoen euro uit aan een onderzoeksproject genaamd Advanced Space Cloud for European Net zero emission and Data sovereignty (ASCEND). Het onderzoek heeft 16 maanden geduurd en de EU is tot de conclusie gekomen dat datacenters plaatsen in de ruimte ’technisch en economisch haalbaar’ is. Daarnaast zou het een positieve impact hebben op het milieu. Buiten de dampkring hebben datacenters meer profijt van zonne-energie dan hier op aarde. Dit zou dus een goede oplossing kunnen zijn van de druk die datacenters hebben gebracht op het milieu en het elektriciteitsnet in Europa en de rest van de wereld. Uit een ander onderzoek blijkt namelijk dat alle datacenters ter wereld in 2026 net zoveel energie nodig zullen hebben als heel Japan. Daarnaast zorgen datacenters voor veel C02-uitstoot met het verwerken en opslaan van digitale gegevens.
Hoeveel datacenters moeten er de ruimte in?
ASCEND wil beginnen met 13 datacenters de ruimte in te lanceren in 2036, met een capaciteit van 10 megawatt. Uiteindelijk is de bedoeling dat er tegen 2050 zo’n 1300 datacenters de ruimte in zijn die samen een gigawatt aan energie genereren. Toevallig is dit hetzelfde jaar waarin de Europese Unie gezegd heeft klimaatneutraal te willen worden. Het klinkt in principe als een prima plan, maar het wordt nog niet zo makkelijk om die datacenters ook daadwerkelijk in de ruimte te krijgen. Dit gaat in ieder geval een hoop brandstof kosten, want iedere datacenter moet apart de ruimte in gelanceerd worden. Een andere onderzoeksgroep is om die reden bezig om een milieuvriendelijke manier van lanceren te ontwikkelen, waardoor er nog maar een tiende van de brandstof nodig zou zijn voor het lanceren van de datacenters.
Niet iedereen is het ermee eens
Het plan van de EU lijkt goed uitgedacht, maar er zijn toch een hoop mensen kritisch over. Al zou het plan veel opleveren, het gaat ook miljoenen aan brandstof kosten om te zorgen dat al die datacenters in een baan rond de aarde kunnen blijven bewegen. Een ander punt van kritiek is dat het in de ruimte lastiger wordt om de datacenters effectief te beschermen tegen andere, eventueel vijandelijke, landen. Ondanks de punten van twijfel lijkt het plan wel in trek te zijn, want ook Microsoft is samen met ruimtevaartbedrijf Loft Orbital onderzoek aan het doen naar AI datacenters in de ruimte!
Twee keer zoveel snelste glasvezel abonnementen
In het eerste kwartaal van 2024 kozen 380000 huishoudens voor het snelste glasvezel abonnement met een snelheid van 1 gigabit of meer. In dezelfde periode een jaar eerder waren dit 200000 huishoudens, dus dat is bijna een verdubbeling in een jaar tijd. Deze gegevens komen uit de Telecommonitor van de Autoriteit Consument en Markt (ACM). En hieruit blijkt dus dat de groei van glasvezel in Nederland steeds meer aan het doorzetten is. Dat is ook wel te merken als je om je heen kijkt. Op veel plekken wordt gegraven om glasvezel aan te leggen. Momenteel hebben al zeker 7,38 miljoen huishoudens glasvezel voor de deur liggen. Meer dan een derde daarvan heeft ook echt een glasvezel abonnement en maken dus ook gebruik van dit netwerk.
Aanleg van glasvezel gaat niet overal even soepel
Helaas zijn er nog delen van Nederland waar het aanleggen van glasvezel een beetje achterblijft. Dit is onder andere het geval in sommige delen van Groningen, Noord-Holland, Zeeland, Zuid-Holland en Limburg. Hier is het dus nog lang niet altijd mogelijk om gebruik te maken van een glasvezelverbinding. Het aantal mensen dat gebruikmaakt van een coax- of koperverbinding neemt steeds meer af. Er is vooral een sterke daling in koperverbindingen te zien in Nederland.
Gecombineerde abonnementen niet meer zo populair
Het gecombineerde abonnement met internet, tv en telefonie is niet meer zo populair in Nederland. Huishoudens kiezen liever voor een bundel met slechts twee diensten, aangezien vaste telefonie in veel huishoudens niet eens meer gebruikt wordt. Daarnaast blijkt uit de Telecommonitor dat consumenten steeds vaker kiezen voor een bundel met vast internet en een mobiel abonnement. Vaak krijgt men hiervoor korting op hun vaste contract en ook nog gratis extra data voor het mobiele abonnement.
Conclusie
Glasvezel blijft populariteit winnen in Nederland, zeker de snelste variant van het glasvezel abonnement. En dat terwijl een deel van ons land nog niet eens toegang heeft tot een glasvezelnetwerk. De aanleg van glasvezel gaat momenteel erg snel, maar blijft in een aantal regio’s nog een beetje achter. Ten slotte worden bundels met een combinatie van internet, tv en telefonie steeds minder gewild en kiezen meer consumenten voor een bundel van vast internet en een mobiel abonnement.
Datacenters zijn niet meer weg te denken
Inmiddels spelen datacenters een cruciale rol in onze maatschappij. Ze zorgen ervoor dat servers altijd blijven draaien, waardoor digitale diensten ieder uur van iedere dag bereikbaar zijn. De koeling van deze datacenters is momenteel de grootste uitdaging, aangezien ze 24/7 moeten draaien. Zonder koeling zouden ze in mum van tijd oververhit raken. Bij veel datacenters kiest men ervoor om water te gebruiken voor het koelen, omdat er anders een te hoog energieverbruik zou zijn.
Is het waterverbruik van datacenters echt zo hoog?
Voor de koeling verbruiken datacenters dus behoorlijk wat water. Of dit ook te veel is, is natuurlijk een beetje relatief, maar met de huidige risico’s op drinkwatertekort is er uiteraard wel wat van te zeggen. De Nederlandse overheid heeft inmiddels een protocol opgezet, genaamd de ‘Verdringingsreeks’. Dit protocol bepaalt dat wanneer er een drinkwatertekort dreigt, de toegang tot schoon water voor niet essentiële doeleinden wordt geblokkeerd. Datacenters vallen hieronder, dus de kans is groot dat ze in de hoogzomer geen toegang meer hebben tot de watervoorraad en weer over moeten op koelen met elektriciteit. Op dat moment dragen de datacenters dus niet meer bij aan een eventueel watertekort, maar is het eigenlijk ook al aan de late kant.
Initiatieven om het waterverbruik terug te dringen
Gelukkig zijn er al een hoop partijen bezig met initiatieven en alternatieven om het waterverbruik van datacenters terug te dringen. Veel datacenters zijn actief bezig met een zogeheten watertransitie. Ze zoeken oplossingen om minder afhankelijk te zijn van drinkwater en het waterverbruik zoveel mogelijk te minimaliseren. Pathema is bijvoorbeeld al bezig met een duurzaam initiatief dat lineaire koelsystemen omzet in circulaire systemen. Water wordt hierbij behandeld zonder chemicaliën en kan steeds opnieuw gebruikt worden in een datacenter. Met deze aanpak kan men de watervoetafdruk verminderen met 40% en het waterverbruik zelfs met 95%!
Slimme glasvezel in de Noordzee
Er liggen een hoop glasvezelkabels in de Noordzee die ons verbinden met andere landen, waaronder Engeland. Een deel van deze kabels wordt echter niet gebruikt en is dus ‘Dark Fiber’. Die dark fibers gaat TNO inzetten om schepen te detecteren die in de buurt komen van de kabels om zo spionage op tijd op te merken en tegen te gaan. Met een speciale techniek kunnen ze de kilometerslange kabels gebruiken als een soort sensoren. Wanneer je laserlicht door de kabels stuurt, komt er een reflectie van dat licht terug. Komt er een geluidsbron dicht bij de kabel, dan vervormt de kabel een klein beetje, waardoor de reflectie van het laserlicht ook verandert. Een speciaal apparaat, de DAS Interrogator, pikt die verandering op.
Hoe weet je wat een verandering veroorzaakt?
Zo’n verandering in reflectie betekent natuurlijk niet meteen dat we bespioneerd worden. Het zeeleven kan immers ook voor veranderingen in de glasvezelkabels zorgen. Hoe weten we dan wat de oorzaak is van de verandering? Met de DAS Interrogator kan men erg precies de locatie en de richting van de geluidsbron vaststellen. Op die manier zijn ze er snel achter of de bron een dreiging vormt of niet. Een walvis die langs zwemt is bijvoorbeeld al eenvoudig te identificeren.
Hebben we dit echt nodig?
Misschien vraag jij je nu af ‘is dit allemaal echt nodig?’. Dat kunnen we ons voorstellen, maar in de zomer van 2022 werden de Nord Stream-pijpleidingen al gesaboteerd. Dit maakte duidelijk dat de installaties die op de bodem van de Noordzee liggen kwetsbaarder zijn dan we denken. Door de oorlog tussen Rusland en Oekraïne is er de laatste jaren al meer aandacht gekomen voor de kwetsbaarheid van de Noordzee. Als er een aanval gedaan zou worden op alle kabels en installaties die op de bodem liggen, zou dat niet alleen voor Nederland een ramp zijn, maar ook voor de landen om ons heen. Daarom is de beveiliging van de Noordzeebodem met slimme glasvezel nu belangrijker dan ooit!
Kunstmatige intelligentie en stroomverbruik
Achter alle bestaande AI-modellen zitten datacenters die enorm veel stroom verbruiken. Kunstmatige intelligentie vergt immers een hoop rekenkracht en om die op te wekken, is er veel energie nodig. Datacenters gebruiken zo’n 10 tot 50 keer zoveel energie als een gemiddeld bedrijfspand per verdieping. Er is inmiddels heel wat onderzoek gedaan naar het energieverbruik en de impact op het klimaat van kunstmatige intelligentie. Een onderzoek van de Universiteit van Massachusetts wijst bijvoorbeeld uit dat het trainen van slechts één AI-model zorgt voor meer dan 283.000 kilogram aan C02. Helaas is het lastig om de impact van kunstmatige intelligentie op het milieu nauwkeurig te berekenen, aangezien veel techbedrijven niet transparant zijn over hun energieverbruik en C02-uitstoot.
De impact van kunstmatige intelligentie op het klimaat kan ook positief zijn!
Nu hebben we het alleen gehad over de negatieve impact van AI op het klimaat, maar er zijn ook een hoop manieren waarop AI-modellen juist kunnen meehelpen aan dingen die het milieu positief beïnvloeden. De Green AI-beweging is recent ontstaan en hun doel is om duurzame en milieuvriendelijke algoritmes te ontwikkelen. Kunstmatige intelligentie kan immers helpen om klimaatverandering beter in kaart te brengen en oplossingen hiervoor aan te dragen. Daarnaast kunnen we AI inzetten om natuurrampen beter te voorspellen, zodat mensen op tijd kunnen evacueren. Op dit moment wordt kunstmatige intelligentie al voor een aantal groene doeleinden ingezet:
- Illegale ontbossing tegengaan: Het WNF ontwikkelde een AI-model genaamd Forest Foresight. Ze zetten dit model in om illegale ontbossing op tijd tegen te houden, onder andere met behulp van satellietbeelden.
- Biodiversiteit monitoren: Wetenschappers hebben AI-technologie gecombineerd met drones en satellietbeelden om de biodiversiteit te kunnen monitoren. Zo spotten ze veranderingen sneller en kunnen ze indien nodig op tijd ingrijpen. Ook ziektes onder wilde dieren worden op deze manier sneller en makkelijker opgemerkt.
- Water reinigen en hergebruiken: Men kan met behulp van AI de kwaliteit van water beter in de gaten houden en het water op tijd reinigen. Zo ziet men sneller wanneer er chemicaliën of andere vervuilingen in het water zitten en kan het water meteen extra schoongemaakt worden.
- Verspilling tegengaan: Verspillingen van voedsel en water hebben een grote impact op het klimaat. Men onderneemt al veel om voedselverspilling tegen te gaan, maar met behulp van AI kunnen we hier nog wat verder in gaan. Denk bijvoorbeeld aan het hanteren van dynamische prijzen voor voedsel op basis van de houdbaarheidsdatum. Daarnaast kan AI voorspellingen doen, waardoor supermarkten hun inkoop beter kunnen afstemmen op het consumentgedrag.
Dit zijn slechts een aantal voorbeelden van alle positieve dingen waar we kunstmatige intelligentie voor kunnen gebruiken op het gebied van duurzaamheid!
Conclusie
Op dit moment is de negatieve impact van kunstmatige intelligentie nog behoorlijk duidelijk aanwezig, maar hier begint verandering in te komen. Men besteedt steeds meer aandacht aan energiezuinigheid en duurzaamheid bij het bouwen van datacenters en het ontwikkelen van AI-modellen. Daarnaast zijn er ook veel positieve dingen die kunstmatige intelligentie doet voor het milieu en het klimaat. Men is steeds meer bezig met het opzetten van milieuvriendelijke algoritmes die kunnen helpen om duurzame doelen te behalen. Momenteel zijn er al AI-modellen die goede dingen doen voor het milieu, zoals helpen verspilling tegen te gaan en biodiversiteit te monitoren.
Wat zijn deepfakes?
Deepfakes zijn neppe foto’s of video’s die wel net echt lijken. Vaak zijn deze foto’s en video’s zelfs niet van echt te onderscheiden, waardoor ze veel schade aan kunnen richten. Om deepfakes te maken, maakt men gebruik van deep learning, een vorm van machine learning. Ze dupliceren iemands stem of gezichtsuitdrukking en plakken die op een andere opname of foto. Hierdoor lijkt het alsof iemand aanwezig was op een plek waar ze nooit konden zijn geweest. Je kunt je wel voorstellen dat dit voor veel misleidende praktijken kan zorgen, aangezien veel mensen deepfakes niet zomaar herkennen.
Hoe maken mensen deepfakes?
Inmiddels zijn er een hoop apps en andere vormen van software te vinden waarmee je deepfakes kunt maken, ook zonder dat je ervoor hoeft te betalen. Daarnaast zijn er ook websites die deepfake-software bevatten, waardoor je makkelijk dit soort video’s kunt maken. Momenteel maakt men voornamelijk gebruik van kunstmatige intelligentie voor het maken van neppe video’s of foto’s. Deze technologie werkt op basis van machine learning en het computermodel wordt constant gevoed met data. Hierdoor is het soms erg lastig om deepfakes te herkennen.
Hoe kun je deepfakes herkennen?
Er zijn diverse manieren waarop je deepfakes kunt herkennen om jezelf te beschermen tegen misinformatie en manipulatie:
- Onbekende afzender: Komt de video van een betrouwbare organisatie af, zoals een krant of een lokale omroep, dan is de kans groot dat de content echt is en geen deepfake. Komt de video of foto van een onbekende afzender, ga er dan niet zomaar vanuit dat het echt is wat je ziet. Doe eerst wat meer onderzoek naar de bron.
- Bekijk verschillende bronnen over een onderwerp: Gaat een foto of video over een topic waar op dat moment veel over gepraat wordt en waar mensen felle meningen over hebben? Baseer je mening dan niet op één bron, maar zoek eerst verder naar informatie vanuit diverse uitvalshoeken. Zo heb je een volledig beeld van een situatie voordat je een mening vormt. Kun je verder geen informatie vinden over de beelden in een video of over wat je ziet op een foto? Dat is de kans groot dat het gaat om een deepfake!
- It’s all in the details: Het is vaak enorm lastig om deepfakes te herkennen aangezien ze weinig verschillen van echte beelden. Toch zijn er een aantal details die een deepfake kunnen verraden. Lijken gezichtsuitdrukkingen bijvoorbeeld onnatuurlijk of matchen ze niet met wat er gezegd wordt? Hebben mensen extra vingers of missen ze juist vingers? Knippert de persoon op de video nooit met zijn of haar ogen? Dit zijn allemaal details die aan kunnen geven dat een video of foto een deepfake is.
- Google Images gebruiken om te checken: Wil je checken of een foto of video echt is of niet? Dan kun je hier Google Images voor gebruiken. Maak een foto van de afbeelding of video en haal deze door Google Images. Op die manier kun je achterhalen wat de originele bron is van de content. Zo kun je checken of de video of foto het origineel is of niet. Google heeft onlangs ook functies toegevoegd aan de zoekmachine om AI-afbeeldingen tegen te gaan.
- Pixels en golven: Let op of je vertraagde pixels of vage golven ziet in een video. Is dit het geval, dan gaat het waarschijnlijk om een deepfake.
Conclusie
Deepfakes herkennen is lang niet altijd makkelijk, maar als je weet waar je op moet letten kun jij jezelf effectief beschermen tegen misinformatie. Let op de bron van de video of foto, op details die niet kloppen of een beetje vreemd zijn, vertraagde pixels en golven en gezichtsuitdrukkingen die niet matchen. Doe ten slotte vooral zelf onderzoek als je het niet vertrouwd!
1. Een goed beveiligde verbinding
Een van de grootste voordelen van zakelijk glasvezel ten opzichte van een traditionele verbinding, is dat jouw netwerk beter beveiligd is. Kabelnetwerken zijn makkelijker te hacken en sommige wifi verbindingen zijn ook niet goed beveiligd tegen indringers. Als bedrijf wil je jouw gegevens en de gegevens van klanten natuurlijk goed achter slot en grendel hebben, dus is digitale beveiliging erg belangrijk. Glasvezelinternet is erg lastig te hacken, aangezien een glasvezelkabel fysiek doorgesneden moet worden om bij de gegevens te kunnen. En als dat gebeurt weet je als bedrijf natuurlijk meteen dat er iets mis is.
2. Met zakelijk glasvezel heb je een stabiele en consistente verbinding
Als je voor zakelijk glasvezel kiest, heb je altijd een stabiele en consistente verbinding. De functionaliteit van glasvezelkabels wordt namelijk veel minder snel aangetast dan die van traditionele koperkabels. Bij een traditionele verbinding kun je bijvoorbeeld problemen ondervinden bij slecht weer, elektrische interferentie en de afstand tot een zendmast. Zit jouw bedrijf wat meer achteraf, dan is de kans groot dat je sloom internet hebt bij een traditionele verbinding. De snelheid en betrouwbaarheid van glasvezel wordt niet aangetast door deze factoren, dus ben je altijd verzekerd van een snelle en stabiele verbinding!
3. Hogere internetsnelheid dankzij zakelijk glasvezel
Ten slotte biedt zakelijk glasvezel een veel hogere internetsnelheid dan een traditionele verbinding. Zakelijk glasvezelinternet biedt snelheden tot wel 1000 MB/s, wat zo’n 20 keer sneller is dan een traditionele verbinding. De algemene snelheid van glasvezel is niet alleen hoger, ook de download- en uploadsnelheden zijn even hoog. Bij traditionele verbindingen zie je vaak dat de downloadsnelheid een stuk hoger ligt dan de uploadsnelheid. Dat lijkt misschien niet zo’n ramp, maar het kan betekenen dat het uploaden van data enorm veel tijd kost. Aangezien steeds meer bedrijven gebruikmaken van cloudoplossingen is het wel zo prettig als uploaden ook sneller gaat. Er moet soms immers een hoop data naar de Cloud geüpload worden.
Conclusie
Zakelijk glasvezel biedt dus een hoop voordelen ten opzichte van een traditionele internetverbinding. Als bedrijf wil je natuurlijk een stabiele en snelle internetverbinding hebben die daarnaast ook betrouwbaar is.
Het gebruik van AI binnen de cultuursector
Kunstmatige intelligentie opent een hoop deuren en schept veel mogelijkheden, ook binnen de cultuursector. De erfgoedsector maakt momenteel al heel wat gebruik van AI, bijvoorbeeld voor het doorzoekbaar maken van handgeschreven brieven, gezichtsherkenning in audiovisueel materiaal om bepaald beeldmateriaal makkelijker te kunnen vinden en om nieuwe verbanden te leggen tussen Europese archieven. Maar ook op het gebied van cultuur kan AI natuurlijk voor veel dingen ingezet worden:
- Waarde toevoegen voor publiek of organisatie: AI kan helpen om het culturele aanbod meer toegankelijk te maken voor het publiek. Dit kan bijvoorbeeld door middel van ondertiteling of automatische vertalingen. Organisaties kunnen AI inzetten om bezoekersaantallen accuraat in te schatten en hun personeelsinzet hierop aan te passen, waardoor ze heel wat kosten kunnen besparen.
- Automatiseren en efficiënter maken van werkprocessen: Met kunstmatige intelligentie kan een organisatie een hoop werkprocessen automatiseren, wat leidt tot kostenbesparing en efficiënter werken. Voorbeelden hiervan zijn het automatisch vertalen van flyers, het bewerken van video’s en foto’s en het beantwoorden van vragen vanuit klanten via een chatbot. Veel culturele instellingen zijn onderbemand en moeten op hun kosten letten, dus dit zou een mooie uitkomst zijn!
- Nieuwe producten aanbieden: Kunstmatige intelligentie is een fijn hulpmiddel voor het creëren van nieuwe producten. Makers kunnen het bijvoorbeeld als inspiratie gebruiken bij het maken van nieuwe muziek, het digitaal restaureren van een schilderij of om binnen een eigen collectie nieuwe verbanden te leggen en zo weer nieuwe content te creëren.
- Verbeteren van de beleving voor het publiek: De culturele sector kan AI inzetten om hun publiek beter te bedienen, wat leidt tot een betere beleving. Voorbeelden hiervan zijn gepersonaliseerde digitale interactieve tours en rondleidingen met behulp van apps en gepersonaliseerde aanbiedingen op platforms van culturele instellingen.
Wat voor negatieve invloed heeft AI op culturele ontwikkeling?
We hebben nu een hoop positieve punten benoemd die kunstmatige intelligentie meebrengt voor de cultuursector, maar er zijn natuurlijk ook een aantal uitdagingen die daar tegenover staan. Zo is de kwaliteit van de output van AI soms nog twijfelachtig, zeker omdat we vaak niet weten waar de informatie precies vandaan komt en of deze dus wel juist is. Daarnaast is het voor makers opletten met auteursrechten, ook als je een AI-sample alleen als inspiratie gebruikt. AI kan immers informatie halen uit een werk waar auteursrecht op berust. En de grootste uitdaging waar we nu tegenaan lopen met het inzetten van kunstmatige intelligentie, is dat het vaak werkt op vooroordelen.
AI en vooroordelen
Het gebruik ervan kan uiteindelijk dus leiden tot een versterking van bepaalde vooroordelen, een invloed die we uiteraard niet willen voor AI aangezien het culturele ontwikkeling vaak juist in de weg staat. Veel generatieve AI-tools hebben bijvoorbeeld een Amerikaanse en Europese bias. Dit betekent dat de content die de AI genereert vaak niet representatief is voor mensen van over de hele wereld. De manier waarop AI getraind wordt, bepaalt wat voor uitkomsten de AI geeft. Gebruikt men alleen informatie die vooroordelen bevat over een bepaald ras of geslacht, dan is de kans groot dat de AI uitkomsten geeft die discrimineren. Dit is één van de redenen dat bedrijven er nog huiverig in zijn om AI in te zetten voor hun wervingsproces. Gelukkig neemt men al stappen om deze uitdaging aan te pakken, bijvoorbeeld het trainen van AI met meer diverse informatiesets. In de toekomst kunnen we kunstmatige intelligentie dus ook vooroordeel-vrij maken!
Concurrentie tussen glasvezel aanbieders
Er is duidelijk een concurrentiestrijd gaande tussen diverse glasvezel aanbieders. Op sommige plekken ligt de weg wekelijks open. Het maakt sommige aanbieders niet eens uit of er al glasvezelkabels van een andere aanbieder liggen, ze leggen die van hen er gewoon naast. We kunnen ons voorstellen dat jij je nu afvraagt: maar mag dat dan zomaar? Ja, volgens de Europese wetgeving mag iedereen die dat wil glasvezel aanleggen, ook als er al kabels liggen van een andere aanbieder. Het zijn niet alleen de bekende, grotere bedrijven die de strijd met elkaar aangaan, zoals KPN en Ziggo. Er zijn ook nieuwe bedrijven bijgekomen die zich alleen op glasvezel focussen, zoals Glaspoort. Hierdoor neemt de concurrentie toe voor het aanleggen van glasvezel.
Overlast zoveel mogelijk beperken
Het nieuwe bedrijf Glaspoort legt alleen de glasvezelkabels en heeft als doel om heel Nederland van glasvezel te voorzien. Momenteel zitten ze op 35% en ze hopen hun doel in 2028 te behalen, geeft een woordvoerder van het bedrijf aan. Het bedrijf werkt samen met 22 verschillende aanbieders van glasvezelabonnementen. Aangezien ze zelf geen abonnementen bieden, heeft Glaspoort minder te maken met de concurrentie in glasvezel. Het is voor hen alleen maar positief, aangezien ze hierdoor meer kabels aan kunnen leggen. De woordvoerder geeft ook aan dat ze hun best doen om overlast te voorkomen door de stoepen zo kort mogelijk open te houden bij het ingraven van de glasvezelkabels. Toch geven veel mensen aan er last van te hebben dat de stoepen constant openliggen voor het aanleggen van glasvezel.
Wat is eigenlijk het verschil per aanbieder?
Zit er nu eigenlijk een groot verschil tussen de glasvezelverbindingen van verschillende aanbieders? Die vraag zien we vaak voorbij komen bij consumenten, wat natuurlijk ook logisch is. In de kabels die men in de grond legt, zit weinig verschil. Wat in sommige gevallen wel anders is, is de techniek die een aanbieder gebruikt voor hun glasvezelnetwerk. Het is in ieder geval een goede zaak dat er meer concurrentie komt op het gebied van glasvezel voor de grote partijen, aangezien de prijzen onnodig hoog zijn op dit moment. KPN en Ziggo bleven hun prijzen maar verhogen door het gebrek aan concurrentie in de glasvezel, maar dat is hopelijk binnenkort voorbij. De grote partijen verliezen namelijk steeds meer abonnees aan nieuwkomers op de glasvezelmarkt. Dit komt vaak doordat concurrenten een betere prijs aanbieden voor hetzelfde product.
Welke aanbieder van glasvezel is het meest gunstig?
Dankzij de concurrentie op het gebied van glasvezel zijn de gemiddelde prijzen voor abonnementen dus aan het dalen. Maar bij de ene aanbieder dalen de prijzen natuurlijk verder dan bij de andere aanbieder. Daarnaast verschillen de prijzen vaak ook per wijk of regio. Wil je een nieuw glasvezelabonnement afsluiten, dan raden we je dus zeker aan om goed diverse aanbieders te vergelijken. Bedenk daarnaast wat je echt nodig hebt in jouw huishouden en wat overbodig is. Met glasvezel kun je namelijk gebruikmaken van enorm snel internet, maar als je het niet nodig hebt, betaal je eigenlijk ook teveel. En dat is uiteraard zonde!